Onderweg in de tijd, zijn en niet
meer zijn
Min of meer vrijwillig
verdwaal ik in de medina. Het is er droog, heet, heel heet en druk. De veel
geprezen oosterse geuren worden vooral bepaald door walmende brommers,
paardenpis en rotte vis.
Na een haakse hoek loop ik
onverwacht in een stiller deel zonder brommers, paarden of vis. Hier ruikt het
naar vers leer.
Op enige afstand komt me een
vrouw tegemoet. Ze is wit, westers, heeft rossig haar. Ze draagt een grote zwarte
bril, een te kort strapless roze truitje en een veel te klein wit short boven
bleke benen. Ze loopt op teen-slippers.
Ik ontkom niet aan een gevoel
van plaatsvervangende schaamte.
Het gaat me niets aan maar
toch, mijn witte soort negeert hier bewust de lokale dresscode.
Als
we elkaar nietszeggend passeren komt uit een winkel iets verder op een vrouw in
niqab.
Groter
kan de tegenstelling niet zijn. Middelhoge prachtige schoenen, elegant gesneden
zwarte stof, dure tas in slanke hand.
Ze
draagt geen zonnebril. Onze ogen ontmoeten elkaar, tijdloos is er een subliem
moment, dan gaan we elkaar stilzwijgend voorbij.
Bij
een glaasje mierzoete muntthee overpeins ik de tijdgeest, dan valt de ‘Treinnimf’
van de dichter Gerrit Achterberg me in:
Het
leven ligt te bloeien aan haar wang.
In
zoete welving steekt de kin naar buiten
om
met een gleuf tegen haar lip te sluiten,
die
met de bovenlip staat in ontvang
van
kussen, die als koele winden fluiten.
Wat
zijn haar benen rank en recht en lang.
Knieƫn
en enkels en de slanke kuiten
staan
in het rokje strang en in bedwang.
Zijn
we in Amsterdam vroeg ze tenslotte.
Ik
stotterde. Ik kon geen antwoord geven.
Een
ander was mij voor en kreeg haar blik.
Toch
valt er met een dichter niet te spotten:
omdat
hij alles al heeft opgeschreven
maakt
hij zich achteraf niet dun of dik.
Herinnering kan een idee levend houden
Eneo-ateliers helpt met het vormgeven van herinnering.
Hoe wij dat doen: kijk op www.eneo-ateliers-urn.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten